Een rugzak met verliezen en gebrek aan toekomstperspectief
Verliezen en rouw zijn geen alleenstaande feiten meer en komen voort uit een opeenstapeling van verliessituaties. Bewoners hebben dus af te rekenen met meerdere rouwprocessen tegelijkertijd: het rouwproces om wie en wat niet meer is en de anticiperende rouw; het telkens opnieuw afscheid nemen bij iedere (lichamelijke) achteruitgang.
- Voor welke uitdagingen komen ouderen te staan en wat zijn leeftijdseigen uitdagingen?
- Waarom wordt rouw en afscheid nemen net zwaarder bij het ouder worden?
- Waarom komt een verlies van soms wel meer dan 50 jaar geleden weer heel sterk naar boven? Is dit normaal en wat kan je doen?
- Je krijgt specifieke inzichten in de rouwbeleving bij ouderen.
- Je leert waarom het rouwproces bij een bewoner doorgaans grilliger verloopt dan bij een volwassene.
- We staan stil bij een aantal uitdagingen die hoofdzakelijk op het pad komen van ouderen. Inzichten hierin zorgen ervoor dat je de bewoner kan versterken in zijn veerkracht.
- ...
Ouderen begeleiden in de veelheid van rouwprocessen en verliezen verreist dus een specifieke aanpak.
In deze opleiding kom je daar alles over te weten.
Dit en nog veel meer komt aan bod:
- We staan stil bij wat rouw is en bij enkele rouwreacties.
Je krijgt inzichten in enkele belangrijke overlevingsmechanismen, en antwoorden waarom tijd niet alle wonden heelt.
- Voor welke uitdagingen komen ouderen te staan en wat zijn leeftijdseigen uitdagingen? Waarom wordt rouw en afscheid nemen net zwaarder bij het ouder worden;
- Waarom komt een verlies van soms wel meer dan 50 jaar geleden weer heel sterk naar boven? Is dit normaal en wat kan je doen?
En natuurlijk krijg je ook hier methodieken aangereikt hoe je de bewoner gepast kan ondersteunen.
Je krijgt inzichten in het de nieuwe rouwmodellen, namelijk:
- Het duaalprocesmodel
- Het Rouwtakenmodel van Worden.
Iedere rouwfase kent zijn specifieke noden en aanpak. Je krijgt methodieken aangereikt die onmiddellijk toepasbaar zijn. Je leert enkele belangrijke signalen van de rouwfasen bij de bewoner herkennen om zo gepaste hulp en ondersteuning te kunnen bieden.
- Soms heb je een bewoner die op niets lijkt te reageren. Hij is apatisch, lijkt afgestompt en niets lijkt hem nog te raken. Of je hebt te maken met een bewoner die cynisch, kwaad of zwartgallig is. Hij heeft op alles commentaar en niets lijkt in orde.
Achter dit gedrag gaat een heel mechanisme schuil. Je leert dit mechanisme kennen, de fasen op te sporen en wat je concreet kan doen.
- Wat bij levensmoeheid (voltooid leven)?
‘Het heeft geen zin meer’, of ‘dat ze me maar snel komen halen’. Levensmoeheid is een complex gegeven. Het is een kluwen van onvermogen om nog langer verbinding met het leven te maken. We ontrafelen dit kluwen en je krijgt inzichten wat er zich, naast het overlijden van geliefden en geen zingeving meer hebben, nog meespeelt.
Je leert op te sporen of de verbinding nog kan hersteld worden en hoe je in gesprek kan gaan met een bewoner die levensmoe is.
- Je leert en oefent specifieke gesprekstechnieken om in verbinding te treden met de bewoner.
Het lesprogramma
-
lesdag 1: Wat is rouw en waarom het verdriet net groter kan worden?
We staan stil bij wat rouw is en enkele mogelijke rouwreacties.
Je krijgt inzichten in enkele belangrijke overlevingsmechanismen, en antwoorden waarom tijd niet alle wonden heelt. -
Lesdag 2: rouwbeleving bij bejaarden
In deze les krijg je specifieke inzichten in de rouwbeleving bij ouderen. Je leert waarom het rouwproces bij een bewoner doorgaans grilliger verloopt dan bij een volwassene.
We staan stil bij een aantal uitdagingen die hoofdzakelijk op het pad komen van ouderen. Inzichten hierin zorgen ervoor dat je de bewoner kan versterken in zijn veerkracht.
We nemen ook een aantal bijzondere overlijdens onder de loep:- Overlijden van een partner;
- Overlijden van kind op jonge leeftijd;
- Overlijden van een volwassen kind;
- Overlijden van een kleinkind;
- Overlijden van een broer/zus en vrienden.
Naast overlijdens staan we ook stil bij andere betekenisvolle verliezen:
- Achteruitgang van het lichaam en de spiraal van secundaire verliezen;
- Verhuis naar een RVT/WZC en de secundaire verliezen;
- Gemiste kansen;
- …
Een mens verliest altijd meer dan wat we op het eerste zicht zien. We staan dus ook stil bij het verlies achter het verlies. In ‘les 4: Zichtbare en onzichtbare gevoelens en achter het muurtje van moeilijk gedrag’ gaan wie hier nog dieper op in.
We staan ook stil bij het mechanisme van bewoners die rouwen om een verdriet van vele jaren geleden. Waarom doen ze dat? Is dit normaal en wat kan je doen?
Zingeving en uitdaging in het leven komt in de ‘les 6: Levensmoeheid’ aan bod. -
Lesdag 3: rouwmodellen
We weten ondertussen wat rouw is en wat het met de bewoner doet.
In deze les staan we stil bij het rouwproces en krijg je antwoorden op deze en veel meer vragen:- Hoe verloopt een rouwproces;
- De bewoner wilt niet praten/ lijkt nog steeds in zichzelf gekeerd. Is dit normaal;
- Waarom een bewoner in zijn cocon kruipt;
- Waarom het verdriet na een bepaalde periode terug naar boven komt;
- …
Je krijgt inzichten in het de nieuwe rouwmodellen, namelijk:
- Het duaalprocesmodel
- Het Rouwtakenmodel van Worden.
Iedere rouwfase kent zijn specifieke noden en aanpak. Je krijgt deze specifieke methodieken aangereikt die onmiddellijk toepasbaar zijn. In deze les ga je ook zelf aan de slag met enkele casussen van bewoners. Je spoort op waar ze zich mogelijks in het rouwproces bevinden om zo de gepaste hulp en ondersteuning te kunnen bieden.
-
Lesdag 4: zichtbare en onzichtbare (verstoten) gevoelens - achter het muurtje van moeilijk gedrag
Soms heb je een bewoner die op niets lijkt te reageren. Hij is apatisch, lijkt afgestompt door het leven te gaan, en niets lijkt hem nog te raken. Of je hebt te maken met een bewoner die cynisch en zwartgallig is. Hij heeft op alles commentaar en niets lijkt in orde.
Achter dit gedrag gaat een heel mechanisme schuil.
In deze les leer je over de zichtbare gevoelens en de onzichtbare (verstoten) gevoelens, waar het echt om te doen is zeg maar.
We staan uitvoerig stil bij deze zichtbare en onzichtbare gevoelens, bij de weg die emoties afleggen van pijn, gemis, leegte, angst naar cynisme, gevoelens van gelatenheid, depressiviteit, apathie, woede en kwaadheid.
Hiernaast krijg je ook een kader mee om de fasen van moeilijk gedrag te kunnen herkennen. Tijdig opsporen en gepast reageren kunnen ervoor zorgen dat de lading op moeilijk gedrag in de kiem kan gesmoord worden.
-
Lesdag 5: specifieke gesprekstechnieken
Hoor je mijn woorden? Ook de woorden die ik niet uitspreek?
In de voorgaande lessen zag je wat de impact kan zijn van de onzichtbare gevoelens en kreeg je enkele technieken en herkenningspunten aangereikt om op te sporen of de bewoner vanuit de zichtbare of de onzichtbare (en verstoten) gevoelens spreekt.
Vandaag gaan we aan de slag met het actief oefenen om in verbinding en in gesprek te gaan met deze onzichtbare gevoelens bij de bewoner. -
Lesdag 6: Levensmoeheid en specifieke gesprekstechnieken
Hoe ga je om met een bewoner waarvan het ‘allemaal niet meer hoeft’?
Hoe ernstig neem je dit en hoe kan je reageren waarbij de bewoner zich gesteund en werkelijk gehoord voelt?
Hoe ga je om met een bewoner die dubbele signalen uitstuurt: enerzijds hoeft het allemaal niet meer en anderzijds is hij bang om dood te gaan.
Als we spreken over levensmoeheid dan hebben we het vaak over ‘geen zingeving meer vinden’, ‘geen fut meer hebben om door te gaan’, ‘geen reden meer hebben om verder te leven’, …
Levensmoeheid is echter complexer dan dat en is eerder een kluwen van diepgaande factoren. In deze les ontwarren we dit kluwen. Inzichten hierin kunnen ervoor zorgen dat levensmoeheid minder hard gaat doorwegen of minder snel toeslaat.
Daarnaast leer je ook hoe je in verbinding kan treden met een bewoner die levensmoe is. We oefenen met een aantal specifieke gesprekstechnieken.
Vanuit de praktijk
Het theoretisch kader wordt telkens vanuit de praktijk gegeven.
In iedere les worden de inzichten geïmplementeerd aan de hand van oefeningen. Er is telkens ruimte om eigen casussen in te brengen en hierrond de geziene leerstof in te oefenen.